Regelmatig krijg ik de vraag hoe ik er op ben gekomen om met bijenwas te gaan schilderen (ook wel “encaustic” genoemd). Daarom neem ik jullie graag mee in mijn inspiratiebron, en hoe ik te werk ga.
Mijn inspiratiebron
Tijdens een vakantie in Zuid-Duitsland kwam ik terecht bij een expositie in Galerie Schindel van Marlis Albrecht, die in 2013 ook bij Galerie Moeéjen Daag in Tegelen geëxposeerd heeft.

Daar werd ik werd direct gegrepen door het materiaal waarmee haar schilderijen gemaakt zijn: bijenwas. Een prachtige combinatie van zachtheid, glans en doorschijnendheid. De catalogus, waarin ze uitleg geeft over haar werkwijze en het materiaal, heb ik gelijk gekocht.
Thuisgekomen ben ik me meteen gaan verdiepen in het gebruik van bijenwas. Door het bekijken van filmpjes en het lezen van allerlei informatie op internet (veel van ‘encaustic artists’, vooral uit de Verenigde Staten) ben ik uiteindelijk zelf aan de slag gegaan. Met name de filmpjes van Shawna Moore hebben mij een eind op weg geholpen.
Hoe ik begon
Voor het verwarmen van de was heb ik bij de kringloopwinkel een ouderwetse gourmetset en een aantal pannetjes gekocht. Vervolgens heb ik bijenwas, damarhars en pigmenten online besteld. Bovendien: een oud heteluchtpistool, nodig om de was op de ondergrond te verwarmen, lag toevallig nog in de garage. Daarmee kon het experimenteren beginnen: het was een grote ontdekkingstocht!
Ik ben begonnen te schilderen met bijenwas op kleine canvas doeken, maar daarop brak helaas de was van het doek af. Als alternatief ben ik gaan werken met houten plaatjes, wat een leuk geknoei en gezwoeg in het begin tot resultaat had. Langzaam maar zeker heb ik de materie steeds beter leren kennen en weet hoe ik bepaalde effecten moet krijgen. Dat maakt dat ik het werken met bijenwas zo geweldig vind. Echter, het is arbeidsintensief, zeker als je wat groter werk maakt, maar het is fantastisch wat je met dit materiaal allemaal kunt.
Mijn encaustic werkwijze
Encaustic betekent eigenlijk ‘inbranden’, verwijzend naar de verhitting van de was op de houten ondergrond. Voor de ondergrond maak ik gebruik van houten tripex platen in verschillende maten, op een raamwerk. Deze maak ik zelf.
De was smelt ik, ik doe er pigmenten door en breng hem daarna met een langharig penseel aan op een paneel. De eerste waslaag is meestal heel neutraal. Deze laag verwarm ik met een heteluchtpistool, zodat die aan de ondergrond hecht, het zogenaamde ‘inbranden’.
Met verschillende kleuren maak ik een afbeelding op de neutrale basislaag. Elke laag moet weer opnieuw aan de onderlaag gehecht worden door verhitting. Soms zitten er wel tien lagen op een paneel. De onderste lagen blijven doorwerken in de bovenste laag.
Afhankelijk van de mate van verhitting kan ik de waslaag heel glad maken of de aangebrachte structuur laten bestaan. Uiteindelijk ontstaat er een afbeelding met verschillende kleuren en structuren. In de structuren werk ik vaak nog met pigmenten om de structuur meer te accentueren.
In de loop der jaren heb ik door veel te experimenteren een geheel eigen stijl ontwikkeld . In mijn volgende blogs neem ik jullie mee in mijn techniek: hoe te schilderen met bijenwas.
Schilder je zelf met bijenwas en heb je tips? Of heb je een vraag over hoe ik te werk ga? Leuk! Laat een reactie achter, of neem contact met me op.